GESNEUVELDE MARK SCHOUWINK KRIJGT INSIGNE EN TATTOO'S

(  vrijdag 12 november 2010 Dagblad Twentsche Courant / Tubantia ) Artikel geschreven door Bert Janssen. 

HENGELO – Voor het eerst wordt vandaag in deze regio postuum het Insigne voor Optreden onder Gevechtsomstandigheden overhandigd. De ouders van soldaat eerste klas Mark Schouwink herdenken hun zoon nog elke dag. Nu is hij dubbel geëerd. De 22-jarige Hengeloër werd 18 april 2008 gedood door een bermbom in Uruzgan. Met hem kwam de 23-jarige Dennis van Uhm om het leven, een zoon van de toen net benoemde opperbevelhebber Peter van Uhm. Twee andere militairen in dezelfde Mercedes-jeep raakten zwaargewond.

Blijk van erkenning

Gerard en Gisela Schouwink krijgen de versierselen overhandigd door Cees de Rijke, Marks toenmalige commandant. Hij reikt het insigne voor het eerst in onze streek uit, namens de minister van Defensie. De onderscheiding is bedoeld als blijk van erkenning voor mensen die in gevaarlijke omstandigheden opereerden, zei toenmalig minister Eimert van Middelkoop bij de introductie in oktober 2008. Hij dichtte het insigne – een zwaard op een lauwertak - ‘een educatieve functie voor een nieuwe generatie militairen’ toe. ,,Achter elk insigne gaat een verhaal schuil’’, zei hij. Dienstkameraden, de ouders, broer en vriendin van Mark eren de gesneuvelde soldaat eerste klas op hún manier, met een tatoeage. Veertien mensen hebben de naam of namen, de datum en het tijdstip op hun lichaam laten zetten. Zo houden zij de herinnering op hun eigen lijf levend. 

Tattoos houden Mark "levend "

Mark  Schouwink heeft zelf twee G's op zijn linkerborst laten tatoeëren. Dat  "G&G" staat voor Gerard en Gisela, zijn liefhebbende ouders in Hengelo. Onder dienstmaten wordt er gein over getrapt. De afkorting staat vast en zeker voor "Groot Geschapen ". Grove soldatenhumor, onder mannen die in gevechtssituaties volledig op elkaar moeten kunnen vertrouwen.


Mark is helemaal gek van het leger, de kameraadschap van de "band of brothers". Na zijn propodeuse hbo-bedrijfskunde aan het Saxion switcht hij naar Defensie. Een jeugdvriend laat hem een instructievideo zien, samen rijden ze de volgende dag vroeg naar de Defensiewinkel in Zwolle. Hij kan officier worden, maar wil eerst als soldaat naar Uruzagan. Voor hij de KMA ( Koninklijke Militaire Academie ) wil volgen en bevelen zal geven, wil hij op de "werkvloer" staan en orders ondergaan. Aan de keukentafel in Groot Driene vult hij het nabestaandenformulier in, samen met zijn moeder. Lachend en pret makend, aan de vooravond van de missie naar Afghanistan. Alles wordt afgevinkt. Tot de muziek voor zijn crematie in Usselo toe: Marco Borsato, Andre Hazes en Rod Stewart. Zijn as moet "bij mooi weer en gunstige wind", worden uitgestrooid, grappen ze. Mark wil zijn organen doneren, maar wil pertinent niet dat zijn hart naar de vijand gaat. Hij vult in dat ontvangers een Nederlands paspoort moeten hebben. Zijn hart, onder de G&G tattoo, mag niet verder kloppen in het lijf van een Talibanstrijder. Dat vult hij in.

Even na half acht 's ochtends, 18 april 2008, rijden chauffeur Schouwink, bevelvoerder Dennis van Uhm van de eenheid 2.4 en twee anderen bij Deh Reshan, op de terugweg naar Kamp Holland. Hun jeep raakt een bermbom, de Hengeloër wordt 60 meter weggeslingerd. "Mark was op slag dood, niks was nog bruikbaar voor orgaandonatie ", vertelt vader Gerard (58), administratief medewerker bij Carint Reggeland. "Ik heb als eerste gevraagd of Mark meteen dood was. Hij is nog gereanimeerd, maar alleen omdat dat de procedure is:, zegt moeder Gisela (54), medewerkster van juwelierszaak Lucardi in Hengelo. 

Schouwink, op zijn eerste missie, en Van UIhm sneuvelen. Een dag eerder is Dennis' vader benoemd tot 's lands hoogste militair. Soldaat Norden verliest beide benen, korporaal Hack raakt verlamd vanaf z'n navel. Veertien mensen laten daarna de naam ( of namen ), datum en tijd op hun lichaam tatoeëren. Zo zet sergeant "Bassie "180736LTAPR08 op zijn rechter spierbal. Bij het salueren ziet iedereen die "code ", herinnerend aan 18 april 2008, 07.36 uur lokale tijd. Dezelfde combinatie komt op Patriks voet. Marks oudere broer Ruud laat het Hengelose Inkitchen de sterfdatum vastleggen in een tribal. Op vakantie in Lloret de Mar kiest Gisela Schouwink een M met een sterretje. De verlamde korporaal Hack laat een grafsteen met hun initialen zetten, met de tekst "All gave some, some gave all ". 


De veertien tattoodragers, afkomstig van Anna Paulowna tot Zwolle, vormen samen de bijzondere club 1804. Na de dood van Mark en Dennis valt hun peloton van het 45e pantserinfanteriebataljon, standplaats Ermelo, uiteen. De leden vliegen binnen Defensie alle kanten op. De tattoo's verbinden hen met elkaar, als onzichtbare draden. Gerard en Gisela roepen de leden van club 1804 en hun parners elk jaar op, voor een barbeque met borrel in Hengelo. In mei was de eerste bbq, de uitnodigingen voor de volgende zijn al gedrukt. "Dat is absoluut geen droevige party, het was één en al gezelligheid" schets Gerard. Ze koesteren het contact met de jongens van zijn peloton. "We zijn twee keer naar een lotgenotendag geweest, daar komen we helemaal depri van terug. Dat is niks voor ons. We hebben de meeste steun van buren, familie en vrienden. Je moet er samen doorheen." Dit echtpaar is niet teruggereisd naar Uruzgan, zoals onlangs een aantal andere nabestaanden. Hij: "Dat voegt voor ons niets toe. Ik heb 1.500 foto's van Kamp Holland, ik weet wel zo ongeveer hoe het er daar uit zag". Zij: "Je krijgt hem er niet mee terug ". 

Ieder verwerkt het verlies van een dierbare op zijn eigen manier. Gerard en Gisela zijn snel weer aan het werk gegaan. "Je wilt weer onder de mensen zijn "zegt zij. Van huis uit zijn ze niet gelovig, maar zo stellig als ze waren, is Gerard niet meer. "Ik denk, ik hoop dat ik hem straks weer zie ". Hij citeert een gedicht over Mark: "Ik ben niet dood, in je gedachten kom je me overal tegen". Ook hij is lid van tattooclub 1804. Op zijn bovenarm staat een ster in inkt, met " MARK see you in heaven ", vaders ultieme wens. Ze koesteren een fimpje dat de jongens, die het drama op de 18de zelf hebben gezien, over Mark maakten. Hun boodschap is in beeld: Hij was niet alleen een eerste klas soldaat, maar ook een eerste klas vriend. Dat doet goed. Kameraadschap, die vraagt om een blijvende herinnering. Met het officiele insigne of met een zelfgekozen tattoo. Tegelijk beseffen ze ook dat het leven doorgaat. "Je hebt nog een zoon, je moet verder ". Binnenkort worden "G&G"oma en opa.....

'Tattoo's een trend'

Soldaten die zich laten tatoeëren, om het verlies van een dienstmaat vast te leggen en kameraadschap te delen, is van alle tijden. Dat stelt de Amsterdamse tattookoning Henk Schiffmacher, die veel onderzoek naar tattoos heeft gedaan.  Hij tatoeëerde elf collega's van de gesneuvelde Timo Smeehuijzen (20 ), zijn moeder en zijn vriendin. Zo'n tatoeage onderstreept de onderlinge band. Volgens Schiffmacher wordt met het tatoeëeren geestelijke pijn door lichamelijke pijn vervangen, met het prikken van de naald.  "Er zijn volkeren waar vrouwen een vinger kapot slaan op het moment dat hun man sterft, dat is min of meer hetzelfde". Militairen laten namen en data van dienstkameranden op hun lijf zetten om traumatische ervaringen een plek te geven en om er over te blijven vertellen. "Wij zien het als een uiting van verdriet en het willen delen van een heftige ervaring ". zegt Anne van Pinxteren, woordvoerster personeelsbeleid bij het ministerie van Defenise. Zij staat nabestaanden van omgekomen militairen bij, ook de oostelijke families van Mark Schouwink, stoottroeper Tim Hoogland (20) uit Vroomshoop en soldaat 1 Jos ten Brinke (21) uit Rekken. "Als anderen bijvoorbeeld een getal getatoeëerd zien, wordt ernaar gevraagd. Dan kunnen militairen hun verhaal doen. Ze kunnen vertellen wat er gebeurd is en dat helpt bij het verwerken".  Mee speelt, dat de leden van, bijvoorbeeld, gevechtseenheden vanaf hun basisopleiding nauw verbonden raken. "Je bent close met elkaar. En je wordt nog closer met je directe collega, je buddy. Die let extra op of het goed gaat. Tattoo's worden gebruikt om de eenheid van een peloton te onderstrepen en om te herinneren", schets Anne van Pinxteren. Tattoos worden niet enkel gezet als iemand is gesneuveld. "We zien het ook wanneer militairen gewond raken. Sommige laten dezelfde latijnse tekst tatoeëren die op het draaginsigne staat: Vulneratus Nec Victus, gewond maar niet overwonnen ". zegt Anne van Pinxteren, woordvoerder personeelsbeleid bij Defensie. 

Naar Romeins voorbeeld

Het gevechtsinsigne dat Mark Schouwink postuum krijgt uitgereikt, doet denken aan de onderscheiding ( phalerae ) die Romeinse legionairs kregen opgespeld. Het insigne is een krans van lauweren en eikenbladen, met daarop een kort zwaard naar Romeins model, een gladius. De liggend-ovale vorm van het insigne was, voor de invoering in 2008, in ons land niet eerder gebruikt. De meeste Nederlandse onderscheidingen worden aan een lint gedragen.